Liefde is eeuwig We gaan op verschillende manieren relaties met elkaar aan: als kinderen, ouders, broers en zussen, vrienden, collega’s, ...
Als een relatie liefde kent, luidt de vraag altijd: ‘Wat gaan we doen?’ en niet ‘Wat ga ik doen?’ Je wilt allebei wat het beste is voor de relatie, wat de liefdesband in standhoudt. Elke vaste relatie kent de uitdaging en de belofte van dat zoeken naar die gemeenschappelijke werkelijkheid. Al doende stijgen beiden boven hun bekrompen eigenbelang uit en leren ze zich in dienst te stellen van het hogere doel van hun samenzijn.
Een relatie vereist onontkoombaar dat je emotioneel sterker en wijzer wordt. Aangezien de volmaakte partner niet bestaat, sta je voor de uitdaging de onvolmaakte partner die je voor de neus hebt te erkennen en accepteren. Hoe goed je relatie ook is, het moment komt dat je partner en jij vergeten elkaar te erkennen. Je bent geveld door de stress en projecteert je ellende op elkaar. Je valt aan en verdedigt, probeert elkaar de schuld in de schoenen te schuiven en maakt er ronduit een puinhoop van. Als jij en je partner elkaar je misstappen kunnen vergeven en weer vertrouwen in elkaar kunnen krijgen, kun je daarmee je liefde en je vermogen tot intimiteit verdiepen. Dat is het uitdagende van de relatie. Vergeving is in elke relatie de sleutel tot succes. Sterker nog: als jij en de ander bereid zijn vergeving te betrachten, kun je met succes samenleven, zelfs wanneer je niet veel met elkaar gemeen hebt.
Aan de andere kant: als jullie beiden niet bereid zijn vergeving te betrachten, kun je alles proberen maar lukt niets. Niets: godsdienst niet, psychotherapie niet, relatieworkshops niet. Door vergeving te betrachten worden onvolmaakte mensen heel en kapotte relaties geheeld en versterkt. Je leert waar het bij ware liefde en echt essentiële zaken om draait.
De angsten die in jou en je partner opkomen, stammen niet alleen uit jullie onderlinge interacties. Ze zijn geworteld in de onbewuste kwetsuren uit je kinderjaren. Het dwangmatige gedrag van jou en je partner werd al op zeer jonge leeftijd aangeleerd als reactie op de voorwaardelijke liefde van je ouders. Wanneer je vrede sluit met je ouders en hen als gelijken aanvaardt, hoef je niet meer te veranderen om aan hun verwachtingen te voldoen. Dan houdt je ermee op de lessen uit je kindertijd te creëren in je intieme relaties. Als man houd je op je moeder te zoeken in je vrouw, in een poging haar echtgenoot te worden. Als vrouw houd je op je vader te zoeken in je man, in een poging zijn echtgenote te worden.
De vader en moeder de schepping vragen slechts om wat bijdraagt aan jouw ontwaken. Hun liefde voor jou is zowel mild als vurig. Eén soort liefde is niet genoeg. Je hebt zowel de liefde van de vader als die van de moeder nodig.
De liefde van de vader leert je wat moed is. De liefde van de moeder leert je wat mildheid is. Met die moed kun je door je angsten heen komen. Met die mildheid open je je hart. Problemen met de vader komen tot uiting in het onvermogen te weten wat je creatieve levensopdracht is en die te vervullen. Problemen met de moeder nemen de vorm aan van het onvermogen liefdevolle, intieme relaties aan te gaan.
Wanneer je aan de ene kant van de weegschaal te weinig geleerd hebt, is er meestal sprake van overcompensatie aan de andere kant. Je kunt het evenwicht alleen maar herstellen door de les te leren die je meest problematische ouder voor je met zich meebrengt.
Pas wanner al je relaties gekenmerkt worden door oprechtheid en helderheid, kan je zielsverwant zich manifesteren. Je vindt je zielsverwant niet door een ander mens in de steek te laten. Al je relaties moeten in orde zijn.
Wanneer je leven verankerd is in de waarheid van jouw beleving, kun je die waarheid met anderen delen. Maar wanneer je de waarheid, of liefde, of verlossing buiten jezelf zoekt, zul je keer op keer teleurgesteld worden. Je krijgt de beminde alleen door jezelf te eerbiedigen. Wie zich in allerlei bochten wringt om liefde te krijgen, duwt de beminde van zich af. Wie is die beminde tenslotte? Hij/zij is slechts een spiegel voor jouw eigen toewijding aan de waarheid.
Wanneer je de beminde eenmaal in de vorm ontmoet hebt, kan je leven niet doorgaan zoals het ging. Alles wat je afzonderlijk dierbaar is, moet je loslaten. Alleen wat gezamenlijk dierbaar is, in wederzijds respect en aanvaarding, kun je meenemen. Het geïsoleerde IK moet sterven. Het IK als partner, als levensgezel moet geboren worden.
Het is tragisch als twee mensen bij elkaar blijven zonder individuatie. Het is evenzeer tragisch als mensen bij elkaar blijven zonder ooit iets gezamenlijks tot stand te brengen. Een mens moet zijn authenticiteit niet opofferen teneinde samen met een ander een gezamenlijk doel te verwerkelijken. En evenmin moet het werken aan een gezamenlijke realiteit opgeofferd te worden aan het nastreven van het eigen creatieve potentieel. De mogelijkheden daartoe sluiten elkaar niet wederzijds uit. Het een houdt het ander in en ze treden tegelijkertijd op. Veel van de spanningen – en daardoor problemen – in relaties ontstaan doordat men een evenwicht moet zien te vinden tussen deze twee aandachtsvelden, die beide even belangrijk zijn.
Mensen die bang zijn voor de liefde vragen er desondanks om. Maar als men die krijgt, kan men haar niet aannemen. Men wil dat de liefde volmaakt van vorm en omvang is. En dat gebeurt nooit.
Mensen die bang zijn voor de liefde hebben ambivalente gevoelens ten aanzien van geven en ontvangen. Als je afstand houdt, voelen ze zich veilig en willen je bij zich hebben. Maar als je dichterbij komt, worden ze bang en vragen je je in te houden of weg te gaan. Door dat emotionele stuivertje wisselen kunnen ze een relatie hebben zonder intiem te worden en zich vast te leggen.
Het is niet aan jou die mensen te veroordelen, te analyseren of te proberen hen te verbeteren. Accepteer hen zoals ze zijn. Geef hun liefde. Maar ga niet met hen samenwonen en word ook niet hun partner. Als je een dergelijke relatie bent aangegaan, moet je onder ogen zien dat ook jij wellicht bang bent om liefde te krijgen. Waarom zou je anders een partner gekozen hebben die geen liefde kan geven?
In tegenstelling tot de algemene geldende opvatting is het huwelijk geen knellende band meer maar een band die je bevrijdt. Je wenst je partner evenzeer het grootste geluk toe als je jezelf het grootste geluk toewenst. Je houdt van je partner als van jezelf, met evenveel liefde.
De behoeften van je partner zijn even belangrijk als de jouwe. Niet belangrijker. Niet minder belangrijk. Even belangrijk. Een huwelijk betekent niet dat je belooft tot in eeuwigheid bij elkaar te blijven, want dat kan geen mens beloven. Het betekent dat je belooft er ‘nu’ voor elkaar te zijn. Het is een heilige eed die van moment tot moment vernieuwd moet worden wil ze betekenis hebben.
Een overspelige verhouding is slechts het betreurenswaardige gevolg van een gebrek aan intimiteit tussen de partners. Ze is het symptoom van een probleem, niet het probleem zelf.
Geen enkele partner is altijd vrolijk en gelukkig. Laat je geluk niet afhangen van het geluk van je partner. Daar word je alleen maar allebei gedeprimeerd van. Wied je eigen tuintje maar, en geef je partner een geurende roos. Als je weigert je eigen tuintje te wieden en klaagt dat je partner je nooit rozen geeft, gaan jullie daar geen van beiden beter door voelen. Als de een chagrijnig of verdrietig is, moet de ander diep in zichzelf graven om de Bron van de liefde te ontdekken. Als ze dat licht in zichzelf gevonden heeft, moet zij het een poosje dragen voor hen allebei. Zo vergeet de ander niet dat het licht er is, ook al ziet hij het niet in zichzelf.
Dat wil niet zeggen dat een van beiden altijd de steunende partij moet zijn. Een relatie vereist geven en nemen. Het betekent echter wel dat elk van beide partners ertegen opgewassen moet zijn dat hij of zij bij tijd en wijle de verbinding met de Bron handhaaft in de confrontatie met de angst en het wantrouwen van de ander. Dat is nooit gemakkelijk. Maar het is in de loop van een vaste relatie wel vaak noodzakelijk.
Zodra jij en je partner het gevoel hebben dat je elkaar niet kunt bereiken, moet dat worden rechtgezet. Dan is het tijd om stil te staan, diep adem te halen, een stap achteruit te doen en te kijken wat er aan de hand is. Maak jezelf of de ander geen verwijten. Ga niet proberen gelijk te krijgen of het ongelijk van de ander te bewijzen. Erken gewoon dat jullie naar jouw gevoel niet op één lijn zitten en zorg dat je het erover eens bent dat je die onenigheid niet kunt overbruggen wanneer een van beiden of beiden zich door angst laten leiden.
Neem de tijd om even alleen te zijn en duidelijk voor ogen te krijgen waar je bang voor bent, wat je denkt te moeten verdedigen, waar je gekwetstheid of woede mee te maken heeft. En probeer erachter te komen welke vorm van geruststelling of bevestiging je van je partner zou willen krijgen. Wend je pas dan, als je rustig bent, om de beurt tot de ander en vraag rechtstreeks om de verlangde erkenning en waardering.
Bijna elke vorm van angst, woede en gekwetstheid komt voort uit het gevoel dat je niet bemind of gewaardeerd wordt. Als iemand zich zodanig gedraagt dat jouw zwakke plekken geraakt worden, interpreteer je dat gedrag meestal als een teken dat de ander zich niet om jou bekommert.
Wanneer je daar boos of gekwetst op reageert, voelt de ander zich door jou miskend. Hij/zij krijgt het gevoel dat het ook jou niets kan schelen. Wanneer je en je partner het moeilijk vinden elkaar erkenning en waardering te geven, raakt de relatie in een crisis. Dan worden er negatieve patronen in werking gezet waarmee het vertrouwen kapot wordt gemaakt en de liefde die jullie voor elkaar voelen geblokkeerd.
Die neerwaartse spiraal moet je ondervangen voordat het uit de hand loopt. Neem de tijd om – buiten de relatie – evenwicht te hervinden en zicht te krijgen op wat de relatie voor je betekent. Keer terug naar je hart. Ga vervolgens naar de ander. Maak je partner geen verwijten. Vraag slechts respectvol om de erkenning die je nodig hebt. Ga jezelf niet verdedigen. Geef je partner slechts de erkenning die zij/hij nodig heeft.
De mier kwam alle dagen te vroeg op het werk en begon onmiddellijk te werken; zij was productief en zeer tevreden.
Haar baas, een leeuw, was verbaasd dat de mier werkte zonder toezicht.
Hij dacht: als zij zoveel presteert zonder supervisie, zou ze dan nog meer presteren onder permanent toezicht?
Hij wierf een kakkerlak die een grote ondervinding had in het superviseren en die prachtige rapporten kon opstellen.
De eerste maatregel die de kakkerlak nam was een prikklok plaatsen om het komen en gaan van de mier te registreren. Vervolgens had de kakkerlak een secretaresse nodig en een spin om het archief te beheren en de telefoongesprekken te controleren.
De leeuw was zeer tevreden over de rapporten van de kakkerlak en vroeg hem bovendien de productie in een grafiek te zetten. Het is toen dat de kakkerlak een computer en een laserprinter aanschafte en een vlieg aanwierf om de informatica te beheren.
De mier, kortgeleden nog productief en stralend, werd wanhopig van die berg papier en van al die vergaderingen die haar tijd opslorpten!
De leeuw vond dat het tijd werd om op de werkplaats van de mier een sectorverantwoordelijke aan te stellen.
Deze post werd toevertrouwd aan een krekel die, om te beginnen, een ergonomische stoel aankocht voor zijn kantoor en vast tapijt liet plaatsen. Deze nieuwe verantwoordelijke had ook een computer nodig en een assistente.
Op dit ogenblik kon de mier er niet meer om lachen en zij maakte zich iedere dag kwader en kwader. Het is toen dat de krekel zijn baas, de leeuw, er van overtuigde dat een studie van de werksfeer absoluut noodzakelijk werd. Na de werklasten te hebben bestudeerd stelde de leeuw vast dat de dienst waar de mier werkte niet meer zo productief was als vroeger.
Hij wierf een uil aan, die bekend stond als een vermaard en eersteklas raadgever, om een audit te doen en een oplossing voor te stellen. De uil liep drie maanden rond in de kantoren en stelde een enorm dik rapport op met als besluit: er is te veel vast personeel in deze onderneming. En raad eens wie de leeuw het eerst ontsloeg?
De mier natuurlijk want: “Zij gaf blijk van een tekort aan motivatie en had een houding die tot conflicten leidde”.
De fabel van de mier geeft pijnlijk aan waar overkill aan control toe kan leiden. Koester de noeste werkers en zorg voor balans in de control.
Hoe kun je makkelijker van binnenuit leven?
Om dat beter te kunnen zou je de drie principes kunnen hanteren die je daarbij kunnen helpen. Het eerste principe is dat je erkent dat je emoties en gevoelens hebt en dat al je emoties en gevoelens van waarde zijn. Dat is voor mij nogal een worsteling geweest. Door het onbegrip vroeger en het oordeel dat het zelfzuchtig is om met jezelf bezig te zijn, moest ik veel van mijn emoties ontkennen of wegstoppen. Zo heb ik geleerd dat je niet mag huilen als jongen. Dat boosheid niet goed is en jaloezie een zonde is. Dat je vooral blij en dankbaar moet zijn. Vandaar dat ik altijd probeerde de lolbroek uit te hangen thuis. Als bepaalde gevoelens er niet kunnen zijn, kun je er ook niet naar luisteren. Je kunt niet met aandacht aanwezig zijn bij je gevoelswereld, terwijl je jezelf afvraagt: wat voel ik nu echt? Met als gevolg dat je steeds banger wordt voor je authentieke gevoelens. Het is niet de vraag of je gevoelens hebt, het is de vraag hoe je ermee omgaat. Het is van essentieel belang dat je ze erkent, ernaar leert luisteren en je unieke gevoelswereld hebt.
Het tweede principe is dat je woorden geeft aan wat er in je omgaat. Woorden die opborrelen vanuit je hart en niet de feitelijkheden weergeven, zoals ik dit als kind vroeger de volwassenen hoorde doen. Ik heb hierin veel moeten leren. Ik had (en heb nog weleens) de neiging te verwoorden wat ik dacht (denk) dat anderen willen horen. Ik vind het nog steeds niet gemakkelijk om kwetsbaar te zijn en die woorden te vinden die mijn gevoelens het dichtst benaderen, maar deze moeiten wegen niet op tegen de rijkdom die het verwoorden van mijn binnenwereld geeft. Taal die jouw binnenwereld uitdrukt is een heel rijke taal, die meer dan de moeite waard is te leren. Jouw belevingen, de door jou gekozen woorden zijn van grote waarde, want ze vertellen over wie jij bent; je wordt pas écht als je jouw leven verwoordt zoals dat in werkelijkheid is.
Er is nog een derde principe en dat gaat over ons lichaam. Met je lichaam geef je expressie aan je gevoelens: met je gezicht, je lichaamshouding en je gebaren communiceer je (non-verbaal) wat je voelt. Dankzij je lichaam kun je de ander aanraken en voelen. Je lichaam is de drager van je gevoelswereld en geeft deze gevoelens op verschillende manieren weer. Zo weet je buikgevoel dat er ‘iets niet pluis’ is en weet je hart hoe pijnlijk een verbroken relatie kan zijn. Je lichaam is superintelligent, want het onthoudt al je ervaringen: het heeft een ‘biografisch’ geheugen. Ik heb gemerkt dat het voor velen een openbaring is om zo naar hun lichaam te luisteren en hoe verrijkend de mogelijkheden zijn om meer over jezelf te ontdekken. Dankzij je lijf kun je spreken, denken, ordenen, plannen en in beweging komen. Daarom is erkennen van je lichaam met al zijn potenties en luisteren naar je lichaam zo belangrijk voor gevoelstaal.
Gevoelstaal gaat dus over deze drie elementen: luisteren naar je binnenwereld, luisteren naar je lichaam en woorden geven aan wat er in jou is. Dicht bij jezelf leven, vanuit jezelf, is de beste manier om je persoonlijke relaties te verdiepen. Je wilt niet meer gaan voor oppervlakkigheid maar voor écht contact. Ik geloof dat we hechte gemeenschappen kunnen bouwen als we ons unieke verhaal gaan delen: elkaar inspireren door het echte verhaal, zelfs als dit zo anders lijkt dan wat je vertrouwd is. Ik geloof in wonderen van ontMoeten.
Verliefdheid is eigenlijk een bijzonder merkwaardig verschijnsel. Ineens is er die ene persoon die bijna licht lijkt te geven te midden van de grauwe meerderheid van medemensen. Hij of zij straalt gewoon aantrekkingskracht uit. Ze is leuk, lief, schattig, sexy, mooi, slim, hartelijk, warm en puur. Ze is doortastend of juist vertederend afwachtend, heel erg open of juist intrigerend gesloten, lekker makkelijk over seks of juist heel zuiver in het aangeven van haar grenzen. Ik geef hier al aan hoe sommige kwaliteiten van de geliefde meteen naar een positieve interpretatie omgebogen kunnen worden. En dat gebeurt wederzijds: hij is stoer of juist vertederend onzeker, hij is ervaren en doortastend op seksueel gebied of juist heel kwetsbaar en puur, hij is heerlijk zelfverzekerd en regelt alles, of hij kan zichzelf opzijzetten en heel veel ruimte geven.
Zie je, het spel van projecteren is vanaf het allereerste begin volop aan de gang. Er is totaal geen ruimte voor een min of meer objectieve afweging of deze vrouw of man wel geschikt is om nader contact mee te zoeken. Zodra de attractie van de verliefdheid toegeslagen heeft, wordt alles naar de verliefdheid toe geïnterpreteerd. Zelfs als je nog wel in staat bent om bepaalde nadelen van iemand waar te nemen, zijn ze meteen zo onbetekenend in vergelijking met de enorme fantastische kwaliteiten van de ander dat ze meteen genegeerd worden. We hebben daar zelfs een uitdrukking voor: ze worden bedekt met ‘de mantel der liefde’. Een andere uitdrukking zegt ongeveer hetzelfde maar is iets minder vriendelijk:’ liefde maakt blind’.
We zitten gevangen in een dilemma van hoop op erkenning en angst voor afwijzing, en zelfafwijzing anderzijds. Omdat de oorzaak van deze fundamentele hoop en vrees is gelegen in de aard van de relatie die we met onszelf hebben, of anders gezegd, in ons zelfbeeld, onze identiteit. Die heeft namelijk een structuur die geheel bepaald wordt door zelfafwijzing. Dit zou je ook het negatieve geloof kunnen noemen.
Dit voert terug naar ons kind zijn. Niemand wordt met een negatief geloof geboren. Toch heeft iedereen het. We leren het tijdens de eerste tien jaar van ons leven. Als baby heb je nog geen negatief beeld of zelfafwijzend beeld omdat er simpelweg nog geen bewustzijn is maar rond anderhalf begint de ontwikkeling van een mentaal zelfbeeld en dat gaat meestal samen met de taalontwikkeling en zodat ouders merken dat er een begin van functionele communicatie met het kind mogelijk is, begint ook het eigenlijke ‘opvoeden’ dat wil zeggen nu begint het aan-en afleren en ervaart het kind dat het niet meer onvoorwaardelijk gekoesterd wordt zoals in de baarmoeder. Bijvoorbeeld flesje leegdrinken is waardering oogsten, niet leegdrinken is bezorgdheid van de moeder voelen en dat gaat met bijvoorbeeld verder met plasje op potje is goed, plasje ernaast is afkeuring etc.
De eerste momenten van zelfbewustzijn bij een kind ontstaan door het beëindigen van de aanvankelijke en vanzelfsprekend totale aanvaarding, en het beginnen met afwijzen en corrigeren van onwenselijk gedrag. Het kind leert dat het niet goed genoeg is zoals het is maar eerst moet voldoen aan voorwaarden om zich goed of gewenst te mogen voelen. Hoewel dit dus een heel normaal ontwikkelingsproces is, moeten we niet onderschatten welke diepe angsten er bij het kind mee gemoeid kunnen zijn. Alle diepe gevoelens van afhankelijkheid die we als volwassenen soms kunnen voelen, bijvoorbeeld in een verstoorde liefdesrelatie, vinden hun oorsprong in deze begintijd van de opvoeding.
Iedereen heeft de eerste jaren van zijn of haar leven doorgebracht in werkelijk afhankelijkheid en in een existentiële angst voor verlating, en in wezen ook doodsangst. Geen wonder dat er zovelen er de rest van hun leven bang voor zijn en proberen deze zo goed mogelijk bedekt te houden. Angst is de diepste kracht achter ons levenslange streven naar liefde en erkenning van anderen.
Ga bij jezelf eens de relatiecrises na die je hebt meegemaakt in je leven. Probeer die ellende weer te voelen, die beknelling, die angst om de ander te verliezen, die kwellende hoop en onzekerheid of de ander jou wel wil. Zie dat schrijnende gevoel van nodig hebben en niet zónder kunnen, die frustrerende machteloosheid, die gevoelens van falen en van zwakheid, van schuld en verwijt. Als je deze gevoelens nauwkeurig onderzoekt, dan zie je dat in die pijn, elk gevoel van eigenwaarde verdwenen is. Dat is het negatieve geloof, je diepste zelfafwijzing.
Het negatieve geloof is dus niet de rationele opvatting die je als volwassene over jezelf hebt. Je weet waarschijnlijk best dat je niet totaal waardeloos bent, dat je goed bent in sport, of slim bent en ontwikkeld, beschaafd en sociaalvoelend, dat je kunt liefhebben en zorgdragen voor degenen die je liefhebt. Maar als de geliefde je in de steek laat, of je bent te lang alleen zonder liefde en erkenning, dan kan ineens dat gevoel van waardeloosheid de kop opsteken, en van angst, minderwaardigheid en mislukking. Op dat moment heb je totaal niets aan de wetenschap dat je best een goed en aardig mens bent, want het gevoel van zelfafwijzing is gewoon veel sterker. Dat is je negatieve geloof en de kern van je zelfbeeld.
Ouders willen over het algemeen dat hun kinderen zich op een bepaalde manier gedragen: goede cijfers halen op school, en daarna studeren of een goede baan vinden. Dat lijkt heel logisch. Maar vaak wordt die vraag gevoed door gevoelens van schuld of gebrek aan eigenwaarde van de ouders zelf.
Ouders willen dat het bewijs voor hun eigen waarde wordt geleverd door hun kinderen. Maar als een kind er andere ideeën op nahoudt en niet het pad lijkt te willen volgen dat de ouders voor het hebben uitgestippeld, dan gaan ouders soms op zoek naar hulp om hun kroost weer op het ‘rechte’ pad te krijgen. Het is voor de meeste ouders een angstige gewaarwording wanneer hun kind niet lijkt te voldoen aan de maatschappelijke norm.
Als de ouders dan voor hulp komen, is het zaak dat eerst werk met de ouders gedaan moet worden want wat eerst moet veranderen, is de perceptie die de ouders hebben van het probleem. Als de ouders bereid zijn hun eigen angsten, overtuigingen en gebrek aan liefde voor zichzelf te onderzoeken, zal in veel gevallen het gedrag van het kind op natuurlijke wijze mee veranderen.
Ze maken namelijk deel uit van hetzelfde gezinssysteem. De kernovertuigingen van het kind-dat het niet goed genoeg bijvoorbeeld- vereisen versterking door middel van bewijzen. De kernovertuiging van de ouders-dat ook zij niet goed genoeg zijn, bijvoorbeeld-vragen ook om bewijzen, en daarin voorziet het gedrag van het kind in ruime mate. De schreeuw om liefde van het kind wordt beantwoord door de schreeuw om liefde van de ouders, en het resultaat is een conflictsituatie. Als de ouders erin slagen hun eigen problemen aan te pakken, hoeven ze niet langer te vragen om liefde, maar kunnen ze liefde gaan geven. En doordat de relatie van beide ouders met zichzelf wordt getransformeerd, volgt op natuurlijke wijze ook een verandering in de relatie tussen ouder en kind, en vaak is het effect al verrassend snel te merken.
Ten tweede is het zo dat wanneer de ouder hun werk doen en leren begrijpen wie ze in waarheid zijn, dat alles gebeurt ter wille van hun innerlijke vrede en geluk en dat er nooit iets verkeerd gaat, ze dan veel kalmer kunnen reageren wanneer hun kind zich weer eens te buiten gaat aan probleemgedrag.
Het ongepaste gedrag van het kind wordt dan niet langer gezien als ‘verkeerd’, maar als een vraag om liefde. Wanneer een ouder niet negatief reageert op het gedrag van het kind, zal hij of zij niet langer de spiegel zijn waarin het kind de schuld herkent waar het naar op zoek is als bewijs voor zijn eigen gebrek aan eigenwaarde. Met andere woorden, de ouders hebben de cirkel van actie bewijs reactie doorbroken. Hierdoor is het kind niet langer in de gelegenheid de eigen schuldverslaving te voeden, en de bewijzen voor zijn of haar slechtheid stapelen zich niet langer op. De onderliggende overtuigingen worden niet langer gevoed.
Ten derde zal het kind de verandering in de ouders opmerken en nieuwsgierig zijn naar de oorzaak van die verandering. Misschien is het kind zelfs nieuwsgierig genoeg om dit zelf ook te willen proberen. Goede voorbeelden doen over het algemeen goed volgen.
Wil jij wellicht ook een goed voorbeeld zijn en graag iets veranderen in jouw gezinsdynamiek dan kan het nuttig zijn om nu een gratis afspraak te maken want je doet het niet alleen voor jezelf maar ook voor je naasten. Vul het contactformulier in of bel gewoon, stel niet uit wat er nu in je opkomt.
Veel mensen op deze aarde hebben een krachtige overtuiging genaamd slachtofferschap. Slachtoffer van hun ouders, hun kinderen, hun baas, het weer, de economie of wat hun in hun jeugd is overkomen. Slachtofferschap is een patroon en velen van ons zijn verslaafd aan het gevoel van slachtofferschap.
Dat lijkt hard maar de waarheid is anders want door slachtoffer te blijven zijn we hard voor onszelf iedere keer opnieuw. Het is namelijk zo dat we zelf kiezen wat de betekenis is van wat we meegemaakt hebben. Het gevoel van verdriet of pijn komt nooit voort uit een feit maar uit mijn interpretatie van dat feit.
Iets is van zichzelf niet goed of kwaad, dat wordt het door ons denken. Maar wie zal deze waarheid accepteren zonder de minste tegenwerping: Ja, maar….?
Het heeft mij ook enige tijd gekost maar ik ontdekte dat de problemen en uitdagingen waar ik voor stond een stuk overzichtelijker werden als ik écht mijn verantwoordelijkheid accepteerde en niet langer geloofde dat ik slachtoffer was.
Zolang je die verantwoordelijkheid niet neemt, zul je blijven zoeken naar bewijzen voor je oude overtuigingen. Dus als ik een andere werkelijkheid wil leven dan moet ik mijn denkwereld veranderen. Ik moet veranderen wie ik denk te zijn.
Indien jij ook graag de verantwoordelijkheid over jouw leven wil nemen in plaats van ervoor te kiezen slachtoffer te blijven en je kunt daar hulp bij gebruiken dan lijkt het me een goed plan om een gratis afspraak te maken. De betekenis hiervan kan zeer groot zijn. Vul het contactformulier in of bel 06-25036388.
Er is een onbewust deel van onze identiteit, bestaande uit een reeks kernovertuigingen, dat zich voor een groot deel aan onze waarneming onttrekt. Maar toch is het deze verzameling overtuigingen die van invloed is op ons gedrag, en die letterlijk bepaalt wat we voelen en beleven. Dit is het zelf met de kleine -z-, oftewel het ego. Deze set overtuigingen is wat ik denk dat ik ben.
Velen van ons zijn zich er niet eens van bewust dat zijn met hun geest een ‘zelf’ hebben gecreëerd dat de touwtjes in handen heeft en het leven tot een puinhoop maakt. Als jij in jouw leven een patroon herkent-zoals dat je jezelf keer op keer in dezelfde frustrerende situatie bevindt-dan kun je er vergif op innemen dat dit patroon voortkomt uit je onbewuste overtuigingen.
Het goede nieuws is dat je je gedragspatronen kunt veranderen door je bewust te worden van die overtuigingen door ze aan het Licht te brengen. Dat is de manier waarop je van verslavingen kunt genezen, korte metten kunt maken met chronische stress, en je depressie achter je kunt laten.
Om een begin te kunnen maken met het werk dat nodig is om werkelijk gelukkig te worden, moeten we eerst een goed idee krijgen van wie we denken te zijn. En om erachter te komen wie je denkt te zijn kunnen we gebruik maken van je gevoelens van onvrede om zo een herinnering te herontdekken aan een incident uit je kindertijd dat leidde tot de vorming van een overtuiging. Dit en nog een aantal manieren kunnen we daarvoor aanwenden.
Dus wanneer je graag wil weten wie jij bent en je komt daar zelf niet achter, laten we dan een gratis afspraak maken zodat ik je alvast wat handvatten kan geven waar je mee aan de slag kan. Vul het contactformulier in of bel.
Stel niet uit wat je vandaag al kan veranderen!